Community nieuws gaat over en is voor de community.

,

CMA CGM Holland BV breidt uitrol Vertrouwensketen uit

CMA CGM Holland BV breidt de uitrol van de Vertrouwensketen uit om zendingen vrij te geven aan klanten zonder gebruik te hoeven maken van pincodes. Het nieuwe proces vergroot de beveiliging van de vrijgave van rederij naar klant, expediteur en vervoerder. De pincodes zijn uit het proces verwijderd om te voorkomen dat gevoelige gegevens met derden kunnen worden gedeeld. De Vertrouwensketen bevat zeer gebruiksvriendelijke functionaliteiten voor ontvangst en nominatie van zending-vrijgaven.

“We zijn ervan overtuigd dat het nieuwe proces een zeer belangrijke stap is in de richting van meer veiligheid voor ons personeel. We zien een soepele overdracht van de nominatie van de “rechten” van de zending van de rederij naar de klant en dan verder naar de uiteindelijke partij die de container bij de terminal ophaalt. Multifactor-authenticatie is verplicht om in te loggen in Portbase, wat ervoor zorgt dat we alle gegevens volledig kunnen traceren.”

,

Hutchison Ports ECT Rotterdam gaat in december 2023 data elementen delen in Cargo Controller

Portbase en terminal Hutchison Ports ECT Rotterdam (ECT) werken samen aan een verbetering van data delen in de Rotterdamse haven. Portbase en ECT geloven dat deze samenwerking de logistieke sector in staat stelt om efficiënter en veiliger te werken, in één centraal platform. Daarom worden in december 2023 extra data-elementen getoond in Cargo Controller.

Uw voordeel

Het beschikbaar stellen van ECT data in de Portbase service Cargo Controller biedt u de volgende voordelen:

  • Data uit verschillende bronnen centraal beschikbaar in Port Community System (PCS)
  • Tijdsbesparing door minder zoekwerk in diverse systemen.
  • Betrouwbare data rechtstreeks afkomstig van de terminal
  • Grotere efficiëntie in de logistieke keten
  • Behoud van relevante data.

De data-elementen

De volgende data-elementen worden in december 2023 toegevoegd aan de service Cargo Controller:

ECT stelt voorwaarden aan het inzicht krijgen in de data. Deze kunnen per element variëren. Lees hier meer over ECT voorwaarden en data elementen. Voor alle elementen dient u een MyTerminal account bij ECT te hebben. Wij adviseren u deze op tijd aan te maken. Doet u dit niet, riskeert u het verlies van noodzakelijke data. Lees hier wat u moet doen om uw losbevestiging te behouden.

MyData in IAMconnected omgeving

Vanwege de nieuwe koppeling tussen Portbase en ECT, heeft de  hoofdgebruiker of data manager van uw organisatie toegang tot de MyData omgeving in het IAMconnected startscherm. MyData is de plek waarin u, in de toekomst, alle data autorisaties van uw organisatie inziet en beheert. U hoeft op dit moment geen actie te ondernemen.

Wilt u meer weten over MyData? Klik dan hier.

Beschikbaarheid van de data

De benoemde data-elementen worden beschikbaar gesteld voor Cargo Controller klanten. Zowel webscherm gebruikers, als klanten die gebruik maken van een API systeemkoppeling krijgen voorlopig dezelfde informatie te zien. In 2024 worden andere voorwaarden gesteld aan het gebruik van ECT data in Cargo Controller API. Over eventuele wijzigingen wordt u tijdig geïnformeerd.

 

,

Soepele overstap naar nieuwe douaneregels bij binnenbrengen (ICS2)

De Europese Unie voert per 3 juni 2024 voor de maritieme sector het Import Control System 2 (ICS2) in. De aangiften voor de ENS (Entry Summary Declaration) en ATO (Aangifte tot Tijdelijke Opslag) veranderen hierdoor aanzienlijk. Maar goed nieuws: in overleg met de community past Portbase de services Voormelding Lading Import (voor de ENS) en Melding Lading Import (voor de ATO) automatisch voor u aan.
De vernieuwde services sluiten nauw aan bij de wensen van onze deelnemers.
Samen met brancheorganisaties en klantgroepen hebben wij een oplossing gezocht met zo min mogelijk impact en optimaal behoud van data voor hergebruik in het vervolg van de logistieke keten. Met name de ENS-service breiden wij voor de nieuwe ICS2-wetgeving fors uit. Via Portbase wordt het ook mogelijk ENS-meldingen in andere Europese havens te doen. De vernieuwde services zijn geschikt voor alle sectoren: bulk, ferry, containers (shortsea, feeder, deepsea) en stukgoed.

De impact van ICS2 voor de aangever

In het kort zorgt ICS2 voor de volgende veranderingen:
  • ENS-aangiften gebeuren bij een centraal Europees systeem (Shared Trader Interface, STI) in plaats van bij de Douane in de eerste lidstaat van binnenkomst
  • De nieuwe ENS vereist veel meer gegevens. Volstaan nu nog summiere gegevens (op masterniveau), straks zijn meer gedetailleerde gegevens nodig (op houseniveau)
  • Meerdere partijen kunnen de verplichte gegevens voor de ENS indienen (= multiple filing)
  • Ook de Notification of Arrival van het schip in de EU gebeurt in het centrale Europese systeem
  • Het insturen van de ATO voor goederen die in de haven gelost worden, gebeurt zoals nu bij de nationale douaneautoriteit. Echter:
    • De in de ENS en ATO gemeenschappelijke gegevens mogen onderling niet afwijken
    • De aangever mag in de ATO verwijzen naar de ENS. Bij het aanleveren zijn hierdoor minder gegevens nodig.

 

Prijsstelling vernieuwde Portbase-services

Het uitbreiden van de services Voormelding Lading Import en Melding Lading Import voor ICS2 leidt tot meer kosten. Wij koppelen met een centraal Europees systeem, het aantal transacties groeit en vereist meer checks & balances. Dit verrekenen wij in onze tarieven. Zoals bekend heeft Portbase geen winstoogmerk. Onze tarieven zijn kostendekkend. Vragen over wat dit voor u betekent? Neem contact met ons op.

Service Voormelding Lading Import: ENS internationaal

Door voor ICS2 te koppelen met het centrale Europese systeem STI kunnen deelnemers via onze service Voormelding Lading Import voor alle Europese havens hun ENS-aangiften doen. Ook verzorgen wij de Notification of Arrival aan het Europese systeem. Internationaal opererende bedrijven hebben daarmee één centrale oplossing. Bij multiple filing levert u als rederij, cargadoor of agent via Voormelding Lading Import uw deel van de informatie aan (masterdata). Voor het voor multiple filing indienen van housegegevens maakt u met de expediteur of verlader apart afspraken. Portbase ondersteunt dit niet.

Service Melding Lading Import: klaar voor veranderde eisen

Met de introductie van ICS2 verandert de huidige ATO in een TSD (Temporary Storage Declaration) of TSR (Temporary Storage Reuse). Een TSD vereist het indienen van een volledige dataset (op houseniveau). Voor een TSR is de benodigde dataset beperkter en wordt verder verwezen naar de eerdere ENS. De vernieuwde Service Melding Lading Import is geschikt voor beide scenario’s. Bij een TSR waarbij de ENS-aangifte buiten Portbase om loopt, is met de community afgesproken dat de rederij, cargadoor of agent ons wel áltijd de masterdata blijft aanleveren. Hergebruik van deze gegevens is essentieel voor het optimaal functioneren van tal van processen in het vervolg van de logistieke keten, zoals:
Geautomatiseerde en uniforme aanzeggingen van douane-inspecties en de vrijgave erna
  • Hergebruik van goederengegevens in meerdere vervolgaangiftes
  • Een volledig geautomatiseerd proces voor transshipment (REN)
  • Uitwisseling van loslijsten en losverschillen tussen Douane, rederij en terminal
  • Een optimale planning voor achterlandpartijen.

 

Binnenkort berichtspecificaties

De berichtspecificaties voor het vernieuwde Voormelding Lading Import en Melding Lading Import komen op korte termijn beschikbaar voor zowel EDI als API. U ontvangt op dat moment van ons nadere informatie. Ons advies is om tijdig capaciteit te reserveren. Zowel voor uw eigen IT-ontwikkeling als het aansluiten op Portbase.

Bereid u tijdig voor

De invoering van ICS2 heeft ook impact voor uw klanten. Voor de ENS bijvoorbeeld heeft u van hen meer gegevens nodig. Uitgebreide informatie over ICS2 leest u op de website van de Europese Unie, in het Douanewetboek van de Unie en op de website van de Nederlandse Douane. Bijgaand vindt u een handig schema van de vernieuwde Portbase-dienstverlening. De komende maanden informeren wij u via meerdere kanalen uitgebreid over vervolgstappen. Heeft u voor nu nog vragen, dan kunt u terecht bij accountmanager Michiel de Ruijter van onze afdeling Sales via 088 – 625 25 00 of sales@portbase.com.
In nauwe samenspraak met de community ontzorgt Portbase u tijdig voor alle ICS2-veranderingen. Bovendien blijven alle data behouden voor optimaal hergebruik. Bestaande en toekomstige havenlogistieke processen maken wij samen met u steeds slimmer.
,

Nederlands Loodswezen Rotterdam-Rijnmond maakt gebruik van IAMconnected

Het is nu mogelijk om met IAMconnected in te loggen bij de applicatie GIDS (Gezamenlijk Interactief Dienstverleners Systeem) van Loodswezen Rotterdam-Rijnmond.

Deze applicatie wordt door de nautische dienstverleners in Rotterdam gebruikt om de inzet van capaciteit te optimaliseren. Het systeem geeft inzicht in alle nautische informatie rondom de aankomst en/of het vertrek van een schip. Bovendien maakt het de planning en inzet van de diensten transparant.

IAMconnected is het zakelijke inlogmiddel van de Portbase Community voor havenlogistieke diensten zoals het Port Community System van Portbase, de diensten van Havenbedrijf Rotterdam en nu dus ook GIDS van het Loodswezen. Via één account kunt u gemakkelijk en veilig inloggen.

Uw dienst ook aansluiten op IAMconnected, zodat uw klanten bij u veilig en gemakkelijk kunnen inloggen? Neem dan contact op met Portbase.

Wilt u ook via IAMconnected toegang tot GIDS? Neem dan contact op met het Loodswezen via rtm.customerservice@loodswezen.nl.

,

Havencommunity positief over Portbase, met ruimte voor verbetering

Klanten en stakeholders waarderen onze dienstverlening. Mede doordat de gebruiksvriendelijkheid van onze services afgelopen jaar is verbeterd. Tegelijkertijd is er nog voldoende rek. Zo kan de hulp vanuit Portbase bij verstoringen beter. Dit en meer blijkt uit strategisch onderzoek.

Elke twee jaar peilen we onze klanten en andere stakeholders in de havencommunity. Gevraagd wordt onder meer hoe we onze rol in de havenlogistiek invullen. Ook de dienstverlening en verbinding met de havencommunity zijn onderwerp van gesprek. Dit jaar kwamen ook actuele thema’s als security en duurzaamheid aan bod.

Het onderzoek vond in april en mei van dit jaar plaats. In totaal namen een kleine 300 klanten en stakeholders de moeite om onze vragenlijst in te vullen. De onderzoeksresultaten helpen ons om komend jaar de juiste prioriteiten te stellen.

Uit het onderzoek blijkt dat de tevredenheid met onze dienstverlening uitkomt op een 7,8. Daarmee is deze gelijk aan de uitkomst van het vorige strategisch onderzoek in 2021. De gebruiksvriendelijkheid van onze services, eerder als aandachtspunt naar voren gekomen, is verbeterd. Deze uitkomst is onder meer te verklaren doordat we meerdere UX-designers hebben aangenomen. Zij richten zich specifiek op dit thema. Ook positief: de tevredenheid ten aanzien van het serviceonderhoud is toegenomen.

Tegelijkertijd is te zien dat de informatie en hulp vanuit Portbase bij storingen beter kan. Hetzelfde geldt voor onze afhandeling van vragen en klachten. Signalen die we serieus nemen en het komende jaar aandacht gaan geven.

Het thema security leeft breed bij onze klanten en krijgt volop prioriteit. We doen veel op dit vlak, onder andere door ons platform maar ook de havenlogistieke keten beter te beveiligen. Het is goed om terug te krijgen dat onze community deze activiteiten ook van ons verwacht.

Verder blijkt het overgrote deel van onze klanten en stakeholders actief te zijn op het vlak van duurzaamheid. Door doelen te stellen en door deze doelen te realiseren. Op dit vlak zullen we onze strategieën verder gaan uitwerken.

Tot slot zijn er in het onderzoek per doelgroep specifieke vragen gesteld over de wensen die onze klanten hebben ten aanzien van onze dienstverlening. De uitkomsten hiervan zijn besproken met de vertegenwoordigers van de verschillende doelgroepen in de klantpanels van afgelopen juni. De klantpanels hebben de wensen geprioriteerd; wij gaan hiermee aan de slag.

In bijgevoegde infographic zijn de uitkomsten in meerdere grafieken samengevat.

,

‘In Nederland doen we het met elkaar’

Het liefst verstoort de Douane het logistieke proces zo min mogelijk. Volgens Jan Kamp en Peter van Buijtenen van de Douane regio Rotterdam Haven lukt dat alleen als er goed wordt samengewerkt, bijvoorbeeld door vroegtijdig data met elkaar te delen. Portbase dichten ze op dat vlak een belangrijke rol toe, als dé datahub van de Rotterdamse haven.

Jan Kamp (links) was de afgelopen 4 jaar regiodirecteur Douane Rotterdamse Haven. Hij werd recentelijk opgevolgd door Peter van Buijtenen (rechts). Beiden bekleedden de afgelopen decennia meerdere functies bij de Douane en kennen zodoende alle facetten van het douanevak.

De Brexit, toenemende drugscriminaliteit in de haven, de oorlog in Oekraïne: geregeld wordt de Douane in de Rotterdamse haven geconfronteerd met complexe uitdagingen. Hoe wordt daar mee omgegaan?

Peter van Buijtenen (PB): ‘Vaak kennen dergelijke uitdagingen meerdere dimensies. Neem bijvoorbeeld de Brexit. Daarvoor moesten we een volledig nieuw werkproces inrichten. Ook moesten we in korte tijd een kleine duizend mensen werven voor het bijkomende werk. Inmiddels zijn we een paar jaar verder en is er langzaamaan sprake van going-concern. Maar nog steeds zijn we niet klaar.’

‘Het is best uniek hoe wij in de haven met elkaar omgaan’

Jan Kamp (JK): ‘Met de oorlog in Oekraïne werden we vrijwel van de ene op de andere dag voor een lastige situatie gesteld. Niet alle sanctiemaatregelen waren direct duidelijk, maar je wilt het wel meteen goed doen. Vanuit een intrinsieke motivatie doe je er op zo’n moment dan alles aan om de situatie scherp te krijgen en het logistieke proces zo min mogelijk onnodig te verstoren.’

Wat is bij al dit soort uitdagingen de sleutel tot succes?

JK: ‘Waar ik best wel trots op ben, is dat we dergelijke complexe klussen telkens weer weten te klaren. Het kostte weliswaar bloed, zweet en tranen, maar de haven is tijdens de Brexit nooit stil komen te staan. Ook hebben we de Brexit weten in te passen in de bestaande organisatie. Zowaar geen sinecure, want dit heeft veel gevraagd van alle betrokkenen. Ik denk dan ook dat dat de sleutel tot succes is: samen de schouders eronder zetten. Zoals bij de Brexit is gebeurd. Intern, waarbij de zittende mensen de nieuwe mensen zo goed mogelijk hebben opgevangen en ingewerkt. Maar ook extern, met de vereende kracht van alle betrokken partijen in de haven.’

‘We weten allemaal wat de waarde van samenwerking is’

PB: ‘Zo zie ik dat ook. En ook vandaag de dag zie ik nog genoeg van dit soort voorbeelden. Neem bijvoorbeeld de aanpak van ondermijning. Dat steken we bewust havenbreed in. Samen met de Zeehavenpolitie, met Deltalinqs als vertegenwoordiger van het havenbedrijfsleven, met de gemeente en uiteraard ook met Portbase, om er maar een paar te noemen.’

Betalen die opgedane ervaringen zich inmiddels uit?

JK: ‘Jazeker. Waar de samenwerking in het verleden soms wat aarzelend op gang kwam, zie je nu dat we elkaar op natuurlijke wijze weten te vinden. Het is soort automatisme geworden, omdat we inmiddels allemaal weten wat de waarde van samenwerking is.’

Als het gaat om samenwerking en wat dat oplevert, zie je andere havens wel eens met enige jaloezie naar Nederland kijken. Ervaren jullie dat ook zo?

PB: ‘Het is best uniek hoe wij in de haven met elkaar omgaan. Dat zie je niet veel. Vaker is er sprake van een top-down structuur: de handhavende organisatie bepaalt en het bedrijfsleven moet volgen. In Nederland doen we het juist met elkaar, stemmen we zoveel mogelijk met elkaar af. Zo is bijvoorbeeld ook het reguliere Overleg Douane Bedrijfsleven ontstaan.’

De samenwerking tussen de Douane en Portbase werd al kort benoemd. Hoe zouden jullie die samenwerking omschrijven?

PB: ‘Portbase is natuurlijk een bijzondere partij voor ons. Niet te vergelijken met bijvoorbeeld een terminal. Portbase is immers geen klant van de Douane, eerder een leverancier. Maar met enkel de term ‘leverancier’ doe je Portbase tekort. Met haar Port Community System is Portbase voor het bedrijfsleven in veel gevallen dé ingang om zaken te kunnen doen in de haven. Van die gecentraliseerde aanpak profiteert de Douane uiteindelijk ook.’

JK: ‘Op Schiphol wilden we ooit dezelfde systematiek optuigen, maar dat is toen niet van de grond gekomen. Tenminste, niet op de manier zoals we dat met Portbase hebben weten te organiseren. Het Port Community System wordt door de havencommunity niet als gedwongen winkelnering gezien, maar als toegevoegde waarde. Op vrijwillige basis, niet gedwongen, leveren havenpartijen hun data aan Portbase. Niet per se vanuit een eigen belang, maar juist met het oog op het gezamenlijke havenbelang. Dat is bijzonder en een compliment aan Portbase, die dit voor elkaar heeft weten te boksen.’

‘Portbase is natuurlijk een bijzondere partij voor ons’

JK: ‘De toegevoegde waarde van Portbase zag je bijvoorbeeld ook tijdens de Brexit. Met haar al bestaande Port Community System was Portbase als neutrale, niet-commerciële en dus betrouwbare partij in de Rotterdamse haven in staat om een passende ketenoplossing te realiseren, in afstemming met de havencommunity. Wat mij betreft een schoolvoorbeeld van wat Portbase voor de haven en daarmee ook voor ons kan betekenen.’

Wat zien jullie – in de context van Portbase en haar Port Community System – nog op de Douane afkomen?

PB: ‘De ambities op het gebied van datamanagement zijn onverminderd groot. Bij ons én bij anderen. Zo wil de Europese Unie een centrale datahub gaan realiseren (hierover volgt nog wel politieke besluitvorming, red.). Ze willen deze datahub vanuit veiligheidsoogpunt, om scherper in beeld te krijgen welke goederen de Europese Unie inkomen. Op dit moment is Portbase bezig om hiervoor, specifiek voor de Nederlandse situatie, een plan van aanpak op te stellen. Dit gebeurt in afstemming met onder meer de Vereniging van Rotterdamse Cargadoors en ook met ons. Want ook hier kom je alleen samen tot de best mogelijke oplossing.’

‘Alleen samen kom je tot de best mogelijke oplossing’

JK: ‘Maar er speelt nog veel meer. Zo willen we tot een havenbrede administratie komen voor de tijdelijke opslag van containers in de Rotterdamse haven. Dat maakt beter toezicht mogelijk, met nog minder verstoringen in het logistieke proces. Samen met Portbase en andere havenpartijen werken we er op dit moment hard aan om dat voor elkaar te krijgen.’

Valt er nog iets te wensen?

JK: ‘Uiteraard, want het kan altijd nóg beter. Een van onze speerpunten is nog eerder over cruciale logistieke data te beschikken. Zodat we nog scherper kunnen ingrijpen in het logistieke proces, enkel op de momenten dat het écht moet. Ultiem zou zijn als we over realtime logistieke data zouden beschikken. Dat gaat voor alle partijen in de Rotterdamse haven winst opleveren, want daarmee kunnen we het aantal controles nog verder terugbrengen. Portbase zien we in deze context als cruciale partij. Maar Portbase staat hiervoor niet alleen de lat. Ook dit is zo’n complexe uitdaging waar je samen de schouders onder moet zetten om tot de beste oplossing te komen. Het begint en eindigt dus altijd met samenwerking, zoveel mag inmiddels wel duidelijk zijn.’

 


Nieuwe Douane-CIO Frank Dijkstra:
‘We willen een data-gedreven organisatie zijn’

Frank Dijkstra is sinds kort de nieuwe CIO bij Douane Nederland. Hij kan zich goed vinden in het verhaal van Kamp en Van Buijtenen. Dijkstra ziet bijvoorbeeld volop kansen als het gaat om data-gedreven werken bij de Douane.
‘We willen een data-gedreven organisatie zijn. Bijvoorbeeld door handhavingsbeslissingen meer en meer te baseren op data-analyses en algoritmen die risico’s kunnen voorspellen. Uiteindelijk willen we hiervoor een volwaardig dataplatform realiseren. Om data veilig te kunnen verzamelen en analyseren. Maar ook om data te kunnen ontsluiten, bijvoorbeeld in eerdergenoemde algoritmen.’
‘Steeds meer logistieke partijen willen, liefst op maat, over douane-technische data beschikken om nóg efficiënter te kunnen werken. De Douane snapt dit en kiest er daarom steeds vaker voor om data en risicosignalen tussen diverse werkgebieden uit te wisselen met het logistieke werkveld. Bijvoorbeeld in relatie tot het scannen van goederen en het verwerken van aangiftedata.’
‘Het doorontwikkelen van onze algoritmen is daarbij zowel wenselijk als noodzakelijk. Enerzijds om de sterk stijgende aangiftevolumes aan te kunnen. Anderzijds om ondermijning tegen te gaan. Daarnaast verwachten we onze ‘hit-rate’ serieus te kunnen verbeteren via de inzet van geavanceerde algoritmen.’
‘Data-gedreven werken vraagt daarnaast meer dan alleen de techniek. Je hebt ook specifieke kennis en vaardigheden nodig om die techniek goed te kunnen toepassen. Met alleen een heel mooi dataplatform ben je er niet. Je moet er ook optimaal gebruik van kunnen maken, anders gaat het niet vliegen en kunnen we niet een écht data-gedreven organisatie worden. Daar ligt voor ons nog wel een uitdaging.’

 

Copyright foto’s: Douane Nederland, Portbase
,

‘Samen is toch wel het sleutelwoord’

Portbase bestaat 20 jaar. Reden voor de digitale verbinder van bedrijven en organisaties in en rondom de Nederlandse havens om een flink aantal stakeholders in de havenlogistiek uit te nodigen om deze mijlpaal in gezamenlijkheid te vieren. Deze week was het zover.

Portbase gaat er prat op van en voor de havencommunity te zijn. Het vieren van het 20-jarig bestaan doe je dan ook samen, zo was de gedachte, in dit geval in de fraaie Balzaal van het Wereldmuseum in Rotterdam.

De gasten, veelal op directie- en bestuurlijk niveau actief in de havenlogistiek, zagen het gezamenlijke ook tot uiting komen toen Iwan van der Wolf, managing director van Portbase, kort het woord nam en Koen Overtoom en Allard Castelein, als vertegenwoordigers van respectievelijk het Amsterdamse en Rotterdamse havenbedrijf, nadrukkelijk betrok in zijn verhaal.

Voor iedereen beter maken

‘Samen is toch wel het sleutelwoord’, zo begon Van der Wolf. ‘Portbase staat voor het collectieve belang, voor de kernprocessen in de haven. Met het Port Community System van Portbase – kortweg het PCS – werken de havens samen, werken de havenmeesters samen en werkt de logistieke community samen.’ Van der Wolf stond ook stil bij de jarenlange samenwerking met de overheid en Douane. ‘We werken zij aan zij om het voor iedereen beter te maken.’

‘De kracht van Portbase komt van de kracht van de community’

Meer dan alleen een digitale infrastructuur

Trots klonk door in de woorden van Van der Wolf: ‘Hier staan we dan, met z’n allen, 20 jaar later. Inmiddels maken zo’n 5.000 bedrijven gebruik van Portbase. Ruim 25.000 gebruikers realiseren binnen het PCS zo’n 150 miljoen transacties op jaarbasis. Maar daarmee zijn we er niet. Portbase is tegelijkertijd uitgegroeid tot meer dan alleen een digitale infrastructuur. We hebben oplossingen gecreëerd voor de hele keten. Waarbij we niet alleen bouwden maar vervolgens ook zorgden voor de adoptie.’

Van der Wolf dankte alle aanwezigen voor de steun en samenwerking, die hij als ‘bijzonder’ bestempelde. ‘Zonder jullie hadden we hier niet gestaan. De kracht van Portbase komt van de kracht van de community.’

Problemen voor zijn

Aan Overtoom, vanaf het eerste uur betrokken bij Portbase, vroeg Van der Wolf vervolgens hoe hij terugkijkt op met name de eerste periode. ‘Ooit zijn we gestart met PortNET, vooral bedoeld voor de bulk, waar het Rotterdamse Port Infolink vooral voor containers was bedoeld. Op een gegeven moment kwam er steeds meer vraag uit de markt om vanuit efficiëntieoogpunt beide systemen samen te voegen. Dat hebben we toen gedaan, waardoor ons gezamenlijke doel – slimme havenlogistiek realiseren – direct in een stroomversnelling kwam.’

Van der Wolf vroeg Overtoom ook naar het belang van publiek-private samenwerking. ‘Je ziet de digitalisering steeds verder gaan. Vanuit de gedachte dat je problemen voor wilt zijn door zaken slimmer, efficiënter, goedkoper – kortom, beter – te organiseren met elkaar. Het is dan alleen maar logisch dat je ook inzet op publiek-private samenwerking, zoals we dat nu bijvoorbeeld zien bij het European Maritime Single Window.’

‘Het is alleen maar logisch dat je ook inzet op publiek-private samenwerking’

Enorme impact op de haven

Vervolgens was het woord aan Castelein. Hij benadrukte allereerst het belang van Portbase: ‘Mijn complimenten voor wat Portbase in de afgelopen 20 jaar heeft neergezet. De rol en waarde van Portbase in de haven zijn moeilijk te overschatten. Portbase stelt haar klanten in staat zo efficiënt mogelijk te handelen en daarmee heeft Portbase een enorme impact op de haven. Impact die naar mijn idee naar de toekomst toe alleen maar exponentieel zal toenemen.’

Castelein maakte daarbij ook een koppeling met het verduurzamingsvraagstuk. ‘De efficiëntie die Portbase brengt, is ook cruciaal om in de haven op duurzame wijze te kunnen acteren. Immers, als iets niet maximaal efficiënt is, is het niet duurzaam.’

Castelein besloot met het uitspreken van de hoop dat Portbase op digitaliseringsvlak nog meer de gids naar de toekomst gaat zijn. ‘Dat er een vergezicht wordt neergezet dat vervolgens door iedereen in de haven wordt omarmd, met het idee om havenlogistieke ketens nóg efficiënter te maken.’

‘Portbase heeft een enorme impact op de haven’

Nooit af

Mooie woorden van zowel Overtoom als Castelein die Van der Wolf alleen maar kon beamen. ‘Het PCS is een levend iets en daarmee nooit af. Laten we daarom met elkaar blijven kijken naar wat nodig is om de Nederlandse havens ook de komende 20 jaar te laten excelleren, door data met elkaar te blijven delen.’

,

Portbase gaat samenwerken met Supply Chain Valley

Om haar klanten meer data te kunnen laten uitwisselen aan de voor- en achterkant van hun logistieke ketens gaat Portbase samenwerken met Supply Chain Valley (SCV).

SCV is een krachtenbundeling van bedrijven, kennisinstellingen en overheid in Noord-Limburg. Deze regio beschikt over de belangrijkste achterlandcorridor van de Rotterdamse haven, als toegangspoort tot het Ruhrgebied.

Ondertekening MOU

Vandaag formaliseerden Peter Pardoel (voorzitter RvB SCV) en Donald Baan (manager Business Development, Marketing & Sales bij Portbase) de samenwerking met de ondertekening van een memorandum of understanding (MOU). De ondertekening vond plaats op de transport logistic beurs in München.

Aansluiting inland terminals

De samenwerking tussen Portbase en SCV moet onder meer resulteren in de aansluiting van een tiental Limburgse inland terminals op het Port Community System van Portbase.

Internationale strategie

Samenwerkingen als met SCV, maar eerder bijvoorbeeld ook met Rheinports, maken onderdeel uit van de internationale strategie van Portbase. Hiermee wil Portbase haar klanten helpen om data verder weg in de logistieke ketens beter te ontsluiten. Logistieke ketens stoppen immers niet aan de Nederlandse grens.

,

Fiona van der Graaf in RvC van Portbase

De Raad van Commissarissen (RvC) van Portbase is onlangs van samenstelling veranderd. Er werd afscheid genomen van Dione de Jong-Elsinga. Haar opvolger is Fiona van der Graaf.

De afgelopen jaren heeft Dione de Jong-Elsinga in haar rol als RvC-lid mede bijgedragen aan de vormgeving van de Portbase-strategie. Portbase is haar dankbaar voor al het goede werk, de adviezen en prettige samenwerking.

Fiona van der Graaf is als Global IT Director/CDO gespecialiseerd in verandermanagement, met name op het snijvlak van strategie, IT en digitalisering. Ze werkte voorheen onder meer voor Ahold, Heineken en KLM om aldaar de digitale strategie vorm te geven en uit te rollen. De afgelopen 3 jaar heeft ze als a.i. CIO en als strategisch adviseur bedrijven ondersteund in hun digitale transformatie. Deze ervaring neemt ze mee als ze zich, samen met de overige RvC-leden, de komende jaren gaat richten op de verdere implementatie van de Portbase-strategie.

Over de RvC van Portbase

De RvC houdt toezicht op de directie en de algemene gang van zaken bij Portbase. Zij richt zich op het belang van Portbase en controleert en adviseert de directie. Daarnaast beoordeelt de RvC het functioneren van Portbase en begeleidt ze de ontwikkeling van het overkoepelende Port Community System (PCS).

Voorzitter van de RvC is Vivienne de Leeuw (Port of Rotterdam). Verder zetelen Ben Maelissa (Danser), Victor van der Chijs (Deltalinqs) en Eduard de Visser (Port of Amsterdam) in de RvC van Portbase.

,

VS willen maritieme data gaan standaardiseren

Carl Bentzel van de Federal Maritime Commission (FMC) werkt in de Verenigde Staten aan een voorstel om het delen van data tussen maritieme partijen te bevorderen. In dat kader bezocht hij onlangs de Rotterdamse haven, om te vernemen hoe daar wordt omgegaan met maritieme data. Havenbedrijf Rotterdam en Portbase praatten Bentzel graag bij.

Met zijn Maritime Transportation Data Initiative (MTDI) onderneemt Bentzel een serieuze poging om in de Verenigde Staten tot gestandaardiseerde en geharmoniseerde maritieme data te komen.

Dat is volgens hem nodig om havenlogistieke partijen meer en betere maritieme data te laten delen met elkaar. Bijvoorbeeld over waar een schip zich op de oceaan bevindt en wanneer het zal aankomen, maar ook over het soort lading dat wordt vervoerd.

‘Met het MTDI willen we havenlogistieke ketens veel efficiënter laten functioneren’

Bentzel vertelt: ‘Nu is er nog te vaak sprake van een suboptimale situatie, omdat de data niet voorhanden of goed genoeg zijn. Met het MTDI willen we daarin verandering brengen en havenlogistieke ketens veel efficiënter laten functioneren.’

Onvoldoende voorbereid

Als voorbeeld noemt Bentzel de periode net na de pandemie, toen de Chinese goederenstromen naar de rest van de wereld snel in omvang toenamen. ‘We wisten van tevoren dat dit stond te gebeuren, maar toch waren we er in de Verenigde Staten onvoldoende op voorbereid. Simpelweg omdat we niet precies genoeg wisten wanneer de bulk van de Chinese containers zou aankomen.’

Met het MTDI schetst Bentzel een beeld van tijdige communicatie en verregaande transparantie door de keten heen

Hij vervolgt: ‘Dit zorgde, toen de piek eenmaal daar was, voor een snel oplopende congestie in onze havens, mede door een gebrek aan chassis. Terwijl we dit – in ieder geval deels – hadden kunnen voorkomen als we op tijd over voldoende kwalitatieve data hadden beschikt en deze mee hadden kunnen nemen in onze planningen.’

Gemeenschappelijke basis

Met het MTDI schetst Bentzel een beeld van tijdige communicatie en verregaande transparantie door de keten heen. Mogelijk gemaakt aan de hand van API’s, autorisatieregisters en kwalitatief hoogwaardige data, gestoeld op de standaarden van de Digital Container Shipping Association (DCSA).

‘Wij geloven erg in een coalition of the willing’

Deze vereniging is in 2019 opgericht door een aantal grote rederijen, specifiek met het doel om zonder winstoogmerk en op onafhankelijke wijze standaarden op te stellen voor de maritieme sector. ‘Met deze gemeenschappelijke technologische basis is ketensamenwerking eerder en beter mogelijk te maken’, zo verklaart Bentzel de keuze voor de standaardenset van DCSA.

Zonder verplichting

Vooralsnog gaat het MTDI uit van de bereidheid bij havenlogistieke partijen om op vrijwillige basis gebruik te gaan maken van de aangeboden standaarden. ‘Wij geloven erg in een coalition of the willing. Zolang iedereen zich focust op het grote gezamenlijke voordeel en er vanuit die gedachte de schouders onder zet, is ons voorstel zeker realiseerbaar. Ook zonder verplichting.’

Internationale schaal

Het MTDI heeft in de eerste plaats betrekking op de grote(re) havens in de Verenigde Staten, zoals die van Long Beach en New Jersey. Tegelijkertijd denkt Bentzel al verder, buiten de eigen landsgrenzen.

Bentzel kijkt met veel interesse naar belangrijke havens buiten de VS, zoals die van Rotterdam

Hij is ervan overtuigd dat het brengen van standaardisatie en harmonisatie in havenlogistieke ketens nog beter rendeert als dit op internationale schaal gebeurt. Bentzel kijkt dan ook met veel interesse naar belangrijke havens buiten de Verenigde Staten, zoals die van Rotterdam. ‘Ik wil van de beste leren’, stelt Bentzel, gevraagd naar de keuze om juist deze haven te bezoeken.

Voorstander van havenbedrijven

In zijn gesprek met Havenbedrijf Rotterdam en Portbase geeft Bentzel aan voorstander te zijn van havenbedrijven die een belangrijke rol spelen bij de (door)ontwikkeling van een haven – zoals in Rotterdam het geval is. Dat maakt het zijns inziens eenvoudiger om concepten zoals voorgesteld in het MTDI praktijk te laten worden.

‘We merken bij iedereen die we spreken dat ze in dit concept geloven’

‘Het is uiteindelijk aan de havens zelf om ons voorstel, nadat het is aangenomen, verder te brengen. En dat lukt nu eenmaal sneller en beter als dit centraal aangestuurd gebeurt, bijvoorbeeld vanuit een havenbedrijf. In ons land is dat echter geen vanzelfsprekendheid, sommige havens zijn bijvoorbeeld deels eigendom van een terminal.’

Juiste richting

Het gesprek met Havenbedrijf Rotterdam en Portbase beschouwt Bentzel als waardevol. ‘Het is goed om te horen hoe het hier is georganiseerd, waar de haven mee bezig is en naartoe beweegt. Dat sterkt mij in de gedachte dat wij ook die kant op moeten.’

In de Verenigde Staten ligt het MTDI nu op de bureaus van een aantal congresleden en wordt bekeken in welke mate er politieke steun bestaat voor dit voorstel. Bentzel heeft hierin alle vertrouwen: ‘We merken bij iedereen die we spreken dat ze in dit concept geloven. Ze zien in dat de voorgestelde richting de juiste is. Om data in beweging te krijgen, maar vooral ook om daarmee onze havenlogistiek verder te versterken.’